De landbouw geeft Texel kleur
De landbouw in het landschap
De landbouw is bepalend voor het Texelse landschap. Natuur- en landbouwgebieden wisselen elkaar af en de variatie in het landschap is daardoor groot.
In het voorjaar geven de bloembollenvelden kleur aan het land rond Den Hoorn. De koeien tussen de Waal en Oosterend zijn uitgelaten omdat ze weer naar buiten mogen. In de zomer zien velden nabij Den Burg paars en wit van de bloeiende aardappelen en is de zomergerst in Eierland goudgeel gerijpt. In de herfst kleurt het groene suikerbietenloof het land in het noorden groen en staat de mais manshoog op het veld. In de winter trotseren schapen weer en wind met hun dikke vacht op de Hoge Berg. De landbouw geeft Texel kleur.
Texelse producten
De Texelse landbouw brengt veel producten voort, van schapenkaas tot walnootijs en van runderrollade tot aardbeienjam. Door de zilte lucht (je proeft en ruikt het zout in de lucht) hebben deze producten unieke kenmerken. In steeds meer Texelse horecagelegenheden staan deze eilandproducten op de menukaart.
Op bezoek bij de boer
Op een aantal Texelse boerderijen kunnen toeristen kennismaken met het werk en het leven op de boerderij. Verschillende bedrijven stellen een gedeelte van hun bedrijf open voor de verkoop van agrarische producten. Daarnaast zijn er boeren die op hun bedrijf ruimte hebben gemaakt voor rustige en kleinschalige campings.
Economie
De agrarische sector is belangrijk voor de Texelse economie. Landbouw is namelijk de tweede economische pijler van het eiland en ruim 15% van de beroepsbevolking is werkzaam in de landbouw. Dat is veel, zeker als het vergeleken wordt met cijfers van de Nederlandse beroepsbevolking. In Nederland werkt namelijk gemiddeld slechts 3% van de beroepsbevolking in de landbouw.
Ruilverkaveling
In de jaren zestig ruilden veel boeren hun grond. Op die manier konden zij aan land komen dat dichter bij huis lag. Bij deze 'ruilverkaveling' werd rekening gehouden met het landschap. De kronkelwegen zijn daar een voorbeeld van, net als de 'tuunwallen'. De 'schapenboeten' die op verschillende plekken op het eiland te vinden zijn, zijn gebouwd vóór de ruilverkaveling. Als het land ver van de boerderij lag, kon de boer in de boet zijn voer en voederbakken opslaan. Door veranderingen en schaalvergroting in de landbouw vindt er overigens nog steeds ruilverkaveling plaats.
Water
Op Texel is het meeste water brak, een mengsel van zoet en zout water. Boeren laten hun koeien en schapen dan ook vaak leidingwater drinken. Op het vasteland kunnen boeren hun land besproeien met water uit meren of rivieren als het in de zomer droog is. Texelse boeren kunnen dat niet omdat er geen grote zoetwatermeren of rivieren zijn. In een droge zomer verdroogt het grasland eerder waardoor het vee bijgevoerd moet worden. Akkerbouwgewassen groeien minder goed bij droogte. De Texelse akkerbouwers besteden dan ook veel aandacht aan de bodem en de bodemstructuur. Door goed te bemesten en de grond zorgvuldig te bewerken, bijvoorbeeld door extra diep te ploegen, blijven ze verzekerd van een goede oogst.
Rundveehouderij
Zwartbonte koeien in het weiland, het blijft een prachtig, oer-Hollands plaatje. In de rest van Nederland veel minder te zien dan vroeger, maar op Texel lopen de koeien in de zomer nog altijd buiten. Twee keer per dag worden ze naar binnen gehaald om gemolken te worden. Alleen in de winter staat de overwegend zwartbonte veestapel de hele dag op stal. Het land is dan te nat en er is ook niet meer genoeg gras voor de koeien. De koeien zijn voornamelijk te vinden op de betere gronden, bijvoorbeeld rond Oosterend. Een koe moet op goed grasland lopen, anders geeft ze minder melk. Een klein aantal bedrijven verwerkt de melk zelf tot kaas of ijs, maar de meeste melk wordt op het vasteland verwerkt. Campina maakt er Noord-Hollandse kaas van.
Naast melkvee loopt er ook vleesvee op het eiland. Deze dieren zijn, in tegenstelling tot de bonte melkkoeien, meestal eenkleurig en hebben dikke billen. Ze worden, hun naam zegt het al, speciaal gehouden voor het vlees.
Kalfjes van vleeskoeien lopen vaak nog een tijd bij hun moeder. Deze zoogkoeien zijn ook op het eiland te vinden. Boeren gebruiken ze onder andere voor het begrazen van natuurgebieden. Er lopen bijvoorbeeld Schotse Hooglanders in de duinen bij Den Hoorn en Limousin bij de Roggesloot nabij De Cocksdorp. Op deze manier worden de natuurgebieden onderhouden. Veel Texelse koeienboeren houden niet alleen koeien, maar telen ook akkerbouwgewassen. Op deze gemengde bedrijven wordt maïs voor de koeien verbouwd of een ander akkerbouwgewas voor de verkoop. Op het vasteland zie je minder gemengde bedrijven; daar zijn de bedrijven meestal meer gespecialiseerd.
Schapenhouderij
Texel is de bakermat van het Texelse schaap, het schaap dat wereldwijd bekend staat om zijn goede vlees- en wolkwaliteit. Al eeuwenlang worden op Texel schapen gefokt. In de loop van de jaren vergaarden de Texelse schapenhouders veel kennis en vakmanschap. Veel fokkers uit binnen- en buitenland komen dan ook naar Texel voor fokmateriaal. Texel is in Nederland de gemeente met de meeste schapen. Vooral rondom de Hoge Berg, het landschapsreservaat tussen Den Burg en Oudeschild, lopen er veel.
Het Texelse lams- en schapenvlees staat bekend om zijn goede kwaliteit. Al in de 19e eeuw bestelde de high society uit Londen schapenvlees van Texel vanwege het lage vetpercentage, en de verfijnde, iets zilte smaak.
Op een aantal bedrijven wordt schapenkaas gemaakt. De schapen worden alleen in de zomer gemolken en van deze melk wordt op traditionele wijze kaas gemaakt.
In tegenstelling tot vlees en kaas levert de schapenwol niet veel op. Een schaap wordt elk jaar geschoren, maar het scheren kost meer dan dat de wol van het dier oplevert. Schapen lopen het hele jaar door buiten. Met hun dikke vacht hebben ze het zelfs in extreme winters niet koud. Op Texel lopen overigens niet alleen Texelse schapen. Er zijn ook andere rassen te vinden, bijvoorbeeld Friese melkschapen, Swifters en Flevolanders. Elk ras heeft zijn eigen kwaliteiten.
Akkerbouw
Iets minder dan de helft van de landbouwgrond op Texel wordt gebruikt voor verschillende soorten akkerbouwgewassen. De akkerbouwers hechten veel waarde aan een goede en gezonde bodemstructuur. Om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zo effectief mogelijk te kunnen bepalen, zijn er weerpalen geplaatst. Met behulp van computerprogramma's kunnen, met de informatie die de weerpalen afgeven, de juiste tijdstippen en middelen per gewas worden toegepast. Op sommige plaatsen staan gele bordjes in het veld. Dat zijn plakvallen voor luizen. Afhankelijk van het aantal luizen wordt bepaald of bestrijding nodig is. Aardappelen
Op Texel worden veel pootaardappelen geteeld, deze aardappelen worden geëxporteerd naar wel 86 verschillende landen verspreid over de hele wereld! De teelt van deze aardappelen vraagt veel vakkennis en grote zorg voor het gewas. Gedurende het groeiseizoen moet het gewas vrij worden gemaakt en gehouden van zieke planten. In de winterperiode - na de oogst- worden de aardappelen nagekeken op kwaliteit, gesorteerd, verpakt en vervolgens geëxporteerd. Door de enorme intensiteit is het één van de meest kapitaal- en arbeidsintensieve teelten op het eiland en voor de akkerbouw het belangrijkste gewas. Naast pootaardappelen worden er ook consumptieaardappelen geteeld. Een deel hiervan is bestemd voor directe consumptie en een ander deel wordt verwerkt tot chips en frites. Van een vierkante meter chipsaardappelen kunnen twintig zakken chips gemaakt worden.
De groeiomstandigheden voor aardappelen zijn gunstig op Texel doordat in het waddengebied de zon meer schijnt dan op het vasteland. Bovendien kunnen door de wind, die altijd waait op het eiland, schimmels en insecten die aardappelziektes overbrengen zich minder goed ontwikkelen.
Suikerbieten
Suikerbieten worden op veel plaatsen geteeld, bijvoorbeeld in de polder het noorden. Het is, net als de pootaardappelen, een belangrijk gewas op Texel en voor veel akkerbouwers de basis van hun inkomen. De suikerbieten worden in de nazomer en herfst gerooid. Vanaf de haven in Oudeschild worden ze vervolgens per schip afgevoerd naar een suikerfabriek op het vasteland. Van een vierkante meter suikerbieten wordt één pak suiker gemaakt. Bovendien produceert een vierkante meter suikerbieten net zoveel zuurstof als tien vierkante meter bos.
Granen
Er groeien allerlei granen op het eiland, maar wat er het meest te vinden is, is zomergerst. Van zomergerst wordt mout gemaakt, een belangrijk ingrediënt voor bier. Een belangrijk deel van de opbrengst wordt op Texel verwerkt tot Texels bier. Het overige gaat naar het vasteland en wordt verwerkt tot bier of veevoer. Van een vierkante meter zomergerst kunnen tien glazen bier gemaakt worden. De bierbostel, graanpap die overblijft na het brouwen, wordt gebruikt als veevoer op bedrijven nabij de bierbrouwerij.
Naast zomergerst wordt er ook zomer- en wintertarwe, zomer- en winterrogge, haver, mais en triticale op het eiland geteeld. Triticale is een kruising tussen tarwe en rogge en wordt gebruikt in de veevoederindustrie. Een zomergraan wordt in het voorjaar gezaaid en een wintergraan wordt in de herfst gezaaid. Een groot deel van het jaar groeien er dus granen op het eiland.
Overige akkerbouwgewassen
Een aantal Texelse akkerbouwers verbouwt gewassen waar energie uit opgewekt kan worden. Olie uit koolzaad wordt gebruikt als alternatieve en milieuvriendelijke brandstof voor auto's. Een soort biodiesel dus. Tarwe wordt gebruikt voor de aanmaak van bio-ethanol. Dit kan net als koolzaadolie gebruikt worden als brandstof.
Op één Texels bedrijf wordt borage, een blauwe bloem, geteeld. De olie die uit het boragezaad geperst wordt, bevat een stof die de gezondheid bevordert. Het is te koop als voedingssupplement en wordt ook gebruikt in de farmaceutische industrie. Texelse bijenhouders zijn blij met deze teelt omdat de nectar van de borage heerlijke honing oplevert.
Bij Den Hoorn wordt spinaziezaad geteeld. Graszaad is ook een product dat door sommige akkerbouwers op het eiland geteeld wordt. Zij telen verschillende soorten, met namen als Westerwolds, Italiaans en Engels raaigras. Dit graszaad wordt gebruikt voor het inzaaien van grasland, sportvelden en recreatieterreinen.
Bloembollen en tuinbouw
Bloembollen
In het voorjaar geven de bloembollen een kleurig accent aan het Texelse landschap. Een van de eerste dingen die een toerist in het voorjaar bij aankomst op het eiland ziet, zijn de rode, gele en paarse bloembollenvelden vlakbij de veerhaven. In de buurt van de Muy kleuren tulpen het land en op het oude land van Texel (op en nabij de Hoge Berg), worden lelies geteeld. Op verschillende plaatsen op het eiland worden bekende bolgewassen als tulpen, narcissen, hyacinten, lelies, sneeuwklokjes, irissen, blauwe druifjes en krokussen geteeld. Ook minder bekende bolgewassen als zantedeschia en fritillaria, beter bekend als keizerskroon, zijn op het eiland te vinden.
In de zomer worden de meeste bollen gerooid, gedroogd en op grootte gesorteerd. Vervolgens worden ze geëxporteerd naar landen over de hele wereld. Duitsers, Engelsen, Japanners en Amerikanen zijn goede klanten van de Texelse bollenboeren.
Vaste planten
De daglelie, ook wel hemerocallis genoemd, is een vaste plant die oorspronkelijk in Oost-Azië voorkomt, maar zich ook op Texel thuis voelt. Deze lelie wordt in honderden variëteiten op het eiland geteeld, bijvoorbeeld in de polder Eierland. De Texelse daglelieproductie is de grootste van Nederland.
Andere vaste planten die op Texel geteeld worden, zijn dahlia, hosta, pioenroos, vuurpijl, rode en witte zonnehoed, stokroos, gipskruid, lupine, iris, akelei en ridderspoor. De meeste planten zijn bestemd voor de export. Vooral Amerika heeft grote interesse voor de vaste planten.
Tuinbouw
Een kleine, maar groeiende oppervlakte van de landbouwgrond wordt gebruikt voor de teelt van groenten. Akkerbouwers op het eiland verbouwen onder andere winterbloemkool, wortelen, uien en knolselderij. Een klein aantal teelt erwten en er zijn ook velden waar witte en groene asperges worden verbouwd. Het witte goud is dus ook op Texel te vinden.
Naast groente is er ook ruimte voor fruit op het eiland. Op een aantal bedrijven wordt zachtfruit, bijvoorbeeld pruimen, aardbeien, druiven en bessen, geteeld. Vlakbij het bos, tussen Den Burg en De koog, zit een wijngaard. Sommige boeren telen hardfruit als appels en peren. Het fruit is terug te vinden in veel Texelse producten, bijvoorbeeld in het aardbeienijs.
Een gedeelte van het fruit en de groenten wordt biologisch geteeld.
Landbouw en natuur
Op Texel wisselen landschapsreservaten, natuurgebieden en landbouwgrond elkaar af. Bovendien is er ook op het boerenland ruimte voor de natuur. Op veel bedrijven wordt akkerrandenbeheer toegepast. Hierbij worden randen van bijvoorbeeld tarwe- of maïsakkers ingezaaid met weidebloemen. Dat is niet alleen een prachtig gezicht in de zomer, maar ook een aantrekkelijke verblijfplaats voor vogels, vlinders en insecten. Op ongeveer de helft van de landbouwgrond wordt weidevogelbeheer toegepast. Door het grasland later te maaien kunnen de weidevogels in alle rust hun eieren uitbroeden. Ook worden op veel plaatsen stokken of nestbeschermers geplaatst zodat bij het maaien om de nesten heen gereden kan worden en het vee de nesten niet stuk trapt.
De 'lieuw' is de Texelse naam voor scholekster en ook de naam van de agrarische natuur- en landschapsvereniging op Texel. Deze vereniging verzorgt de vergoedingen voor agrarisch natuurbeheer en draagt zorg voor het landschap en de natuur binnen het agrarische gebied. Landschapselementen die kenmerkend zijn voor Texel, zoals tuunwallen, schapenboeten en kolken (drinkpoelen), worden door de bijna 200 leden van de Lieuw onderhouden. Boeren dragen op verschillende manieren bij aan de bescherming van de natuur en het onderhouden van het landschap. Op Texel gaan natuur en landbouw hand in hand.
Enkele kerngetallen:
16.660 ha grond (binnendijks)
9.000 ha cultuurgrond
Waarvan:
4.200 ha grasland
4.000 ha akkerbouw
800 ha tuinbouw
Op deze plek moet er een taartdiagram komen aangaande de verdeling van het totaal aantal agrarische bedrijven.
Totaal aantal agrarische bedrijven: 220
Akkerbouwbedrijven: 38
Tuinbouwbedrijven: 44
Graasdierbedrijven: 95
Combinaties: 43
Tekst: Marion Bakker