Vrijdag 15-7-05. Naar Texel. LTO Texel heeft een pamflet gemaakt over de stand van de land- en tuinbouw op Texel. Geen rooskleurig beeld, maar niet hopeloos. Ik mag het pamflet ontvangen. Er staan vele te ondernemen acties in, waarbij natuurlijk ook hier en daar een beroep wordt gedaan op de provinciale overheid. In mijn ontvangstrede verbreed ik de problematiek. Ook visserij en toerisme op Texel lopen wat achteruit. Ik roep LTO op om een breed platform te creeren waar gezamenlijk de problemen worden besproken en van oplossingen worden voorzien. Voorts breng ik –ten overvloede?- naar voren dat rekening moet worden gehouden dat de Europese subsidies langzaamaan misschien niet gaan verdwijnen, maar zeker veel minder worden. In een gesprek daarna bekennen verschillende landbouwers dat zij de voorkeur geven aan een markteconomie zonder al die subsidies.
Reactie op het pamflet ´Morgen is Vandaag´ van LTO-Noord door mr. H.C.J.L. Borghouts, commissaris van de Koningin in de provincie Noord-Holland op Texel te Den Burg, op vrijdag 16 juli 2005.
Dames en heren,
Graag ben ik op uw uitnodiging ingegaan om vandaag, hier op Texel, uw Pamflet ´Morgen is Vandaag´ in ontvangst te nemen.
Ik ga namelijk graag naar Texel. Ik vind het een prachtig eiland. Een eiland met een landelijk karakter waarvan het typerende landschap grotendeels is gevormd door de vele generaties agrariërs. Toen ik vanmiddag hier naartoe onderweg was, bleek dat ik niet de enige ben die graag naar Texel gaat. Het was erg druk op de weg en op de Teso boot. Met mij waren namelijk ook zeer vele toeristen onderweg naar jullie wonderschone eiland. Onderweg, op de boot, zag ik een vele visserschepen in de waddenzee. Waarschijnlijk op weg naar de haven in Den Oever of Oudeschild. Een machtig mooi gezicht.
En daarmee heb ik onderweg hier naar toe eigenlijk meteen de belangrijkste economische pijlers van Texel getroffen. Want de drie belangrijkste pijlers voor Texel zijn, in volgorde van waarde bruto omzet: de toeristische sector, de land- en tuinbouw en, op de derde plaats, de visserij.
En de nummer 2 van deze rij, de land- en tuinbouw, staat hier vandaag centraal. Daarover gaat uw pamflet 'Morgen is Vandaag'. Maar de ontwikkelingen van de landbouw op Texel kan niet los gezien worden van de algemene ontwikkelingen in de landbouw
Het platteland en daarmee ook de landbouw is momenteel, maar eigenlijk al een hele tijd aan ingrijpende veranderingen onderhevig. De landbouwsector ondervindt in toenemende mate invloed van de liberalisering van de wereldhandel, het beleid van de Europese Unie (EU) en de strikte randvoorwaarden die de samenleving stelt op het gebied van milieu, natuur en ruimte. In het landelijke gebied wordt het steeds meer van belang om naast de economische functie landbouw ook andere functies als natuur, landschap, water en milieu een plaats te bieden. Dit EU beleid wordt door de regering omgezet in nationale wetgeving. Op nationaal niveau zijn recent de beleidsnota´s Nota Ruimte en de Agenda Vitaal Platteland verschenen. In deze nota´s wordt het belang van een vitale plattelandseconomie benadrukt. Het Europees en nationaal landbouwbeleid zijn ook voor de Noord-Hollandse land- en tuinbouw van belang. Ook geldt dat het landbouwbeleid van de provincie niet los gezien kan worden van het internationale en nationale landbouwbeleid. En het internationale landbouwbeleid staat onder druk. Ook het EU-beleid. De huidige voorzitter –Engeland- heeft duidelijk uitgesproken dat het anders moet. Cijfers die hij hanteert zijn eenvoudig: 33% van de Europese uitgaven gaan naar 5% van onze inwoners die tezamen 2% van de bruto productie voor hun rekening nemen. Natuurlijk zal niet van de een op de andere dag het Europees subsidiebeleid drastisch veranderen. Maar het zal wel gebeuren. Zeker ook omdat meer en meer de ontwikkelingslanden aandacht vragen voor hun problemen als gevolg van het landbouwbeleid van de westerse wereld.
De provincie wil BINNEN de beleidskaders op het gebied van milieu, natuur en water goede voorwaarden scheppen voor een efficiënte en markt gerichte bedrijfsvoering. Daarom is er de afgelopen jaren een actief landbouwbeleid gevoerd. In dit beleid staat centraal het bevorderen van duurzame landbouw en het bieden van ruimte aan de voortdurend veranderende landbouw. De grote betekenis van de agribusiness voor de economie en de sleutelrol van de land- en tuinbouw bij het beheer van het landelijk gebied worden daarbij onderkend.
Als het gaat om Texel vindt de provincie het van belang het landelijke karakter van het eiland te behouden. Daarvoor is een sterke landbouw op Texel noodzakelijk. Daarom ook vindt de provincie het belangrijk dat voorwaarden worden gecreëerd om die sterke positie te behouden. Behalve de algemene noodzaak van schaalvergroting en intensivering biedt JUIST Texel uitgelezen kansen voor agrarische bedrijfsvormen die minder afhankelijk zijn van ontwikkelingen op de internationale markt. Juist op Texel zijn er kansen voor vele vormen van verbreding op agrarische bedrijven zoals het produceren van streekeigen producten, speciale teelten, toerisme en natuur- en landschapsbeheer. De provincie kan en wil deze kansen voor verbredingsontwikkelingen stimuleren. Dat is maatwerk.
Ik ben hier vandaag om uw pamflet in ontvangst te nemen.
Ik wil de betrokkenen en makers van de rapporten complimenteren. Wat een prachtige titels: 'Met het oog op....morgen' en ´Morgen....is vandaag´.
Deze titels doen zeker niet onder voor de titels van de diverse soapseries op televisie.
Echter, dit is geen soap maar een pamflet over de harde realiteit: de land- en tuinbouw van Texel.
Ik vind het bijzonder positief en van kracht en ondernemerschap getuigen dat u uw eigen toekomst analyseert en de bedreigingen maar vooral de kansen onderzoekt. Het kenmerkt u als professionele ondernemers dat u uw toekomstvisie na 5 jaar al evalueert en bijstelt. In uw pamflet stelt u dat het voor de Texelse land en tuinbouw zaak is om te anticiperen op de externe landbouwontwikkelingen en dat er keuzes gemaakt moeten worden.
Er zijn knelpunten, deze beschrijft u in uw Pamflet. Deze knelpunten neem ik zeker serieus. Over een van die knelpunten sprak ik vorige maand al: de toekomstige bootverbinding tussen Den Helder en Texel. Het is volstrekt duidelijk dat beide gemeenten baat zullen hebben bij een betere bereikbaarheid van Texel. Tot nu toe zit er –zo percipieer ik het- weinig schot in een gezamenlijk optreden. De provincie en de beide gemeenten zullen gezamenlijk een plan moeten opstellen en daarmee naar Den Haag gaan. De provincie zal haar verantwoording in deze nemen. Er zijn ook oplossingen voor knelpunten en ontwikkelingen die vertrouwen geven voor de toekomst. Afgelopen jaren is gebleken dat agrarisch Texel een enorme creatieve veerkracht heeft.
Ik noem daarbij als voorbeeld de projecten Waddengoud, Texels Lamsvlees en Texels Brouwgerst. Bij Waddengoud moet ik overigens meteen ook denken aan de Japanse oesters die zich in de Waddenzee bevinden, maar ik heb begrepen dat deze nog niet commercieel worden verhandeld. Deze projecten getuigen van ondernemers die inspelen op ontwikkelingen in de markt. Deze genoemde projecten zijn ondersteund met financiële middelen vanuit provincie en de Europese Unie (EU), de zogenaamde LEADER middelen. De Provincie spant zich in om ervoor te zorgen dat Texel na de huidige periode opnieuw LEADER gebied wordt waardoor EU gelden voor Texel benut kunnen worden. Ook zal de provincie, waar mogelijk, andere EU middelen inzetten voor het landelijk gebied van Texel. De provincie stimuleert ook zelf ontwikkelingen in het landelijk gebied. Vanuit het provinciale landbouwbeleid worden de beschikbare financiële middelen en menskracht de komende jaren ingezet om drie speerpunten te stimuleren en te realiseren. Dat zijn: biologische landbouw, innovatie en ondernemerschap. Ook de landbouw op Texel kan daarop een beroep doen.
De provincie doet mee aan diverse subsidieregelingen, dan wel ondersteunt verschillende activiteiten en projecten. Ik noem: de regeling ´Jonge boeren´ waar ook jonge boeren op Texel gebruik van kunnen gaan maken; het project "Samen Sterk" van het Hollands Agrarisch Jongeren Kontakt; de door de provincie ondersteunde Stivas (Stichting ter verbetering van de agrarische structuur) en de regionale Stichting Agrarisch Texel zijn al jaren een begrip op Texel. Dat alles is goed en mooi. Maar waar het werkelijk op aankomt, is de eigen economische kracht, onder meer door samenwerking. Samenwerking moet plaatsvinden door en met agrariërs onderling, zij moeten het willen en het vervolgens ook doen. En een economisch duurzame land- en tuinbouw mag eigenlijk niet afhankelijk zijn van subsidies.
Samenwerken gebeurd ook als het gaat om het Masterplan Water voor Texel. Bij de uitvoering van de waterplannen worden alle belangenverenigingen betrokken maar ook de individuele agrariërs. Maar ook hier moet ik eerlijk zijn: water is niet alleen van belang voor de landbouw maar ook de andere functies in het landelijk gebied. Ook hier is het zoeken naar maatwerk en creativiteit.
Woorden die ik vanmiddag al vaker gebruikt heb zijn samenwerking, creativiteit en kansen benutten. Wat mij betreft zijn dit de sleutelwoorden voor de land- en tuinbouw op Texel. Dat is wat de Texelse land- en tuinbouw sterk maakt. Dat is wat de Texelse land- en tuinbouw op zijn minst van de provinciale overheid kan en mag verwachten. Maar er is meer.
Uw pamflet gaat over de land- en tuinbouw op Texel. Mijn reactie tot nu toe ook. Niettemin, mijns inziens, kan het land- en tuinbouwbeleid niet los worden gezien van andere sectoren. En ook in andere sectoren gaat het niet altijd zo goed. Dat heb ik wel gehoord bij mijn ambtsbezoek hier vorige maand. Ik noem de visserij, ik noem ook het toerisme. Hoogste tijd dus om gezamenlijk –alle betrokkenen van die drie sectoren en de gemeentelijke overheid- te bezien hoe het economisch tij op Texel kan worden omgebogen! De provincie zal u daarbij gaarne terzijde staan.
Ik zie de toekomst daarom met vertrouwen tegemoet.
Dames en heren, ik ga afsluiten. Aan ´Morgen is Vandaag´ zou ik nog willen toevoegen: ´Vandaag begint de toekomst´! Dank u wel.
Land- en tuinbouw op Texel in relatie tot Nederland >EG>mondiaal
De Nederlandse land- en tuinbouw bevindt zich in zwaar vaarwater. Hoge opbrengsten en overvoerde markten bepalen het inkomensdeel van de bedrijven. Concurrentie uit de nieuwe EG (25) en van daarbuiten is zwaar, zeker daar waar het vanuit lage lonen landen komt, waar ook vaak de grondprijs nog laag is. Gevolg van dit alles is dat trends in de sectoren sneller verlopen en nieuwe trends zich sneller aankondigen. Dit vraagt om snellere antwoorden van leveranciers die in deze markt hun positie willen houden/uitbreiden. Agrifirm rekent zich hiertoe.
Landbouweconomische ontwikkelingen in Nederland worden sterk bepaald door:
- ontwikkelingen op de wereldmarkt en de komende WTO-ronde
- toegankelijker worden interne Europese markt
- EU-landbouwbeleid 2005-2010
- Europese en nationale wet- en regelgeving.
De gevolgen zijn al resp. zullen voelbaar worden binnen Nederland met als hoofdzaken:
- Voortdurende prijsdruk aan de afzetkant met lage marges met name voor houdbare bulkproducten.
- Toenemende invloed en concurrentie aan de toeleveringszijde door verbreding van de inkoopmogelijkheden in andere landen en de invloed van IT en internet op de toeleveringsmarkt.
- Verdergaande druk op de rentabiliteit van agrarische productie a.g.v. het EU-landbouw-/prijsbeleid waar veel akkerbouwgewassen, maar ook zuivel en vlees door worden geraakt.
- De open grenzen vragen om snelle harmonisatie in wet- en regelgeving, maar, hoewel daar wel extra inspanningen voor worden gedaan, zal volledige realisatie nog jaren duren. Dit leidt tot een voortdurend spanningsveld bij de inzet in alle agrarische sectoren. Daarnaast zal het nieuwe mestbeleid de komende jaren weer de nodige aanpassingen vragen.
Strategie van Agrifirm m.b.t. Texel
Bij de huidige omzetten en marktaandelen ziet Agrifirm het eiland Texel als een belangrijk en strategisch deel van het kernwerkgebied van Agrifirm. Dit betekent dat een aantal faciliteiten zoals de vestiging e.d momenteel niet ter discussie staat. Het volumeomzet op het eiland blijft echter bepalend voor de rentabiliteit van de activiteiten, waaronder de vestiging. Bovenstaande geldt overigens voor alle sectoren waarin Agrifirm actief is. Met betrekking tot de toegevoegde waarde zal Agrifirm meer en meer een evenwicht zoeken tussen wat door afnemers gevraagd en afgenomen wordt door de verschillende klantsegmenten en sectoren én welke kennis en inzet hiervoor nodig zijn. Een betere afstemming van inzet van buitendienst ten opzichte van omzetwaarde is het gevolg. Dit betekent dat de inzet van buitendienstactiviteiten alleen plaats vindt, wanneer daar omzet en margeruimte tegenover staan. Alleen door deze benadering kan Agrifirm haar functie als toeleverancier met de juiste prijs-/kwaliteitsverhouding blijven vervullen.
Geachte heer Kikkert,
In 2000 heeft uw organisatie het rapport 'Met het oog op .....morgen" het licht doen zien. Na 5 jaar blijken de ontwikkelingen echter zo hard gegaan, dat u een evaluatie nu reeds op zijn plek acht. Dit resulteert in het project "Morgen.....is nu." In het kader hiervan nodigt de PR commissie van de LTO-Noord afdeling Texel ons college uit om een toekomstvisie te geven op de Texelse Landbouw.
Uiteraard kent u de beleidsnota's van de gemeente Texel waarin het huidige beleid over het buitengebied en de landbouw op Texel staat: de Structuurvisie Texel 2020, het Natuur- en Landschapsbeleidsplan en de Nota Toerisme en Recreatie, Kwaliteit en Ontwikkeling. Voor het geldende beleid verwijzen wij u naar de inhoud van deze nota's.
Wij hebben uw uitnodiging breder opgevat dan het weergeven van huidige beleid. De vraag doet zich voor of, gezien het hoge tempo van de ontwikkelingen, het huidige beleid nog actueel is op dit punt. Indien er echter vanuit deze discussie voorstellen komen die aanpassing van het beleid nodig maken, dan is het aan de raad om hierover te besluiten. Dat voorbehoud moeten we maken bij het aangaan van deze discussie.
Daarom geven wij u enkele gedachten mee voor de toekomstvisie, los van het huidige beleid. Wij zien dit ook als een aanzet tot de discussie die gevoerd zal worden in het kader van de herziening van het Bestemmingsplan Buitengebied.
Zeer belangrijke punten in de op te stellen toekomstvisie voor de Texelse landbouw zijn volgens ons:
- De sociale aspecten van het voortbestaan van een gezonde, levensvatbare agrarische sector. In die zin denken wij dat gestreefd moet worden naar een duurzame ontwikkeling van de agrarische sector. Duurzaam in de zin zoals ook opgenomen in de structuurvisie Texel:" economische levensvatbaar, ecologisch houdbaar en sociaal aanvaardbaar."
- Het behoud van de schapenteelt voor Texel. Dit is een essentieel onderdeel van het behoud van de agrarische uitstraling van het Texelse landschap. De ontwikkeling gaan echter in de richting van steeds moeilijker voortbestaan van de schapensector. Dit baart ons grote zorg.
- De ontwikkelingen in het Hoge Berggebied. Hier komen in het bijzonder de twee bovengenoemde punten samen. Voor het voortbestaan van het cultuurlandschap van de Hoge Berg is het noodzakelijk dat de schapenteelt op deze plek op een levensvatbare wijze voortgezet kan worden.
Verder constateren wij verschillende trends in de landbouw:
- Schaalvergroting, zowel fysiek (samenvoegen van gronden) als in de juridische zin: vorming van maatschappen;
- Verbreding, waarmee agrarische bedrijven een gezonde bedrijfsvoering nastreven door naast de agrarische bedrijvigheid, neventakken te ontwikkelen.
- Een nieuw element in de Texelse landbouw, dat volgens ons in de toekomst van grotere betekenis zou kunnen worden is de energiebouw.
Geen van deze ontwikkelingen willen wij tegenhouden, integendeel wij gaan ervan uit dat het de taak van het gemeentebestuur is deze ontwikkelingen zo goed mogelijk te faciliteren. Wij zien dat als volgt.
Wij staan in principe een gebiedsgerichte aanpak voor. De problematiek is niet overal op Texel hetzelfde, en de oplossingsrichtingen zullen dan ook per gebied bekeken moeten worden. Dit sluit ook goed aan bij de uitgangspunten van de structuurvisie en het Natuur- en Landschapsbeleidsplan.
De schaalvergroting zal zich ook uiten in de vorm van bedrijfsvoering. Het kan mogelijk leiden tot grotere bebouwing, en meer geclusterde bebouwing. Om dit te faciliteren zal hiermee rekening gehouden moeten worden in het nieuwe bestemmingsplan. Wij zien hiervoor ruimte in de landbouwpolders van Texel, die qua karakter grootschaliger zijn. Grootschaliger ontwikkelingen sluiten hier het beste bij aan.
De verbreding zien wij in eerste instantie op het Oude Land. Dit heeft een kleinschaliger karakter, dat goed aansluit bij het veelal kleinschaliger karakter van verbredingsactiviteiten. Het gaat ons inziens dan om ondersteunende activiteiten van agrarische ondernemers. We willen hierbij echter geenszins het gebied van de polders uitsluiten! Het is in eerste instantie een keus van de agrarische ondernemer zelf, hoe dit in zijn bedrijfsplan opgenomen kan worden. Ook kan een samenloop van vergroting en verbreding bij een bedrijf plaatsvinden. Steeds zal echter rekening gehouden moeten worden met de inpassing in het gebied, rekening houden met de karakteristieken daarvan. Hierbij wordt het op te stellen Beeldkwaliteitsplan voor het Buitengebied een belangrijk toetsingskader.
In het algemeen zien wij de agrarische ondernemer als beheerder van het Texelse landschap. Het behoud van het cultuurlandschap en de identiteit daarvan vinden wij belangrijk, ook gezien het belang hiervan voor recreatie en toerisme. Wij denken daarom dat het interessant is om te kijken wat een gebiedsgericht pilotproject "Groene Diensten" voor bepaalde delen van het Texelse cultuurlandschap kan betekenen. Als voorbeeld noemen wij het gebiedsgerichte project "De Venen". Hierin werken een groot aantal organisaties en overheden samen, aan de ontwikkeling van een gebied. De verbondenheid van verschillende functies, zoals landbouw, recreatie en water, staat daarbij voorop. Er wordt gewerkt met Groene Diensten om delen van dit gezamenlijke, gebiedsgerichte plan, te realiseren. Onderzocht kan worden welke delen van zo'n project bruikbaar zijn voor met name het Oude Land van Texel.
Wij hopen met bovenstaande een bijdrage te hebben geleverd aan de discussie over de toekomstvisie voor de Texelse landbouw. Uiteraard zijn wij bereid tot een nadere mondelinge gedachtewisseling over deze problematiek. Wij gaan er hierbij vanuit dat het initiatief hiertoe door de sector zelf genomen wordt.
Een kopie van deze brief sturen wij ter kennisname aan de raad en de commissie Grondgebied.
Hoogachtend,
Burgemeester en Wethouders van Texel,
De secretaris, De burgemeester,